Kijken hoe het morgen wordt
Lennaert Nijgh / Boudewijn de Groot
Wees stil en blijf nog even in dit warme, witte bed, luisteren naar het eerste leven, nog is de nacht niet weggedreven, onze dromen op de tocht gezet. Nu wordt de kamer licht en kouder, de slaap was ons alweer te kort. En jouw gezicht lijkt plotseling ouder, terwijl je peinzend over mijn schouder ligt te kijken hoe het morgen wordt. Jij denkt aan al die uren van werk en haast en vlijt. Geen tijd voor tedere avonturen tussen de duizend blinde muren van brood en haat en nijd. De krant ligt in de bus te wachten en strakjes ligt hij op je bord: een droevig ding vol jammerklachten. Kom, laten we nog even wachten en kijken hoe het morgen wordt. De avond veegt ons samen, vermoeid en soms gewond. We zitten ons verward te schamen, verwonderd hoe we zover kwamen, dan snoert het eten ons de mond. Vertrouwen we op loze kreten of is de dag alweer te kort? We zullen nooit de waarheid weten. Kom, laten we vandaag vergeten, laten we vandaag vergeten en kijken hoe het morgen wordt. |