Wie ik ben
Renee Daalder / Boudewijn de Groot
Vroeger miste ik de vrienden die ik uit het oog verloren had. Dat waren vrienden van vroeger. En ik bezong verliefd de meisjes met wie ik nooit iets had gehad. Dat zijn liefdes van vroeger. Feesten, stranden, wilde jaren, die ik in mijn onschuld nooit vergat. Maar dat zijn jaren van vroeger. Wat ik nu zie in het verleden zijn de toekomstmogelijkheden. Ik kreeg tranen in mijn ogen, als ik aan vroeger dacht. Maar dat zijn tranen van vroeger. Ik zocht mijn heden in het verleden, heb van mijn toekomst niets verwacht, maar dat was het heden van vroeger. Ik was gelukkig als ik droomde en ik me verbergen kon. Maar dat is het geluk van vroeger. Ik was bang voor de volwassenheid die ik in mijn jeugd verzon. Maar dat is angst van vroeger. Toch moet ik er niet aan denken dat jij je ooit in mij vergist. Want dan zul je moeten schuilen voor nieuwe tranen die ik zal huilen. En misschien zal het weer tien jaar duren voor ik die heb weggewist. En misschien zal het weer tien jaar duren... |