De vlieg
J. v.d. Steen, B. de Groot er zat een vlieg op de muur zonder iets te zeggen alsof-ie daar een beetje met zichzelf moest overleggen: zal ik naar de kast vliegen of liever naar ‘t gordijn of toch maar lekker in de zon op het raamkozijn ik dacht: misschien zit die vlieg daar zomaar wat te pitten totdat ik opeens besefte vliegen kunnen niet zitten ze kunnen ook niet liggen ze kunnen alleen maar staan want als je een vlieg ziet liggen dan is-ie doodgegaan vliegen vliegen vliegen laat ze vliegen laat ze gaan vliegen zijn er om te vliegen niet om dood te slaan laatst was ik in een restaurant en daar hoorde ik iemand roepen: ober kom eens even hier er ligt een vlieg in mijn soep en dat vind ik ontzettend vies en onsmakelijk moet u weten de ober zei toen: ach meneer een vlieg moet ook wat eten maar de meneer van de soep riep boos: wat is dat nou voor larie zo’n vlieg is vies en ik eet alleen maar vegetarisch toen ben ik weggelopen bedroefd en een beetje kwaad de ober riep: u moet betalen maar ik stond al op straat vliegen vliegen vliegen laat ze vliegen laat ze gaan vliegen zijn er om te vliegen niet om dood te slaan vliegen zijn ook heel vervelend als ze om je hoofd heen zoemen ik zie ze liever in de tuin tussen de planten en de bloemen dieren hebben er ook last van zoals koeien of een paard maar die hebben daar een trucje voor ze zwiepen met hun staart mensen beginnen dan meteen met hun armen rond te zwaaien of met een vliegenmepper wild om zich heen te maaien ik denk dan: hou daar toch mee op laat ze leven alsjeblieft vliegen doen geen vlieg kwaad een vlieg is veel te lief vliegen vliegen vliegen laat ze vliegen laat ze gaan vliegen zijn er om te vliegen niet om dood te slaan |