Verse oesters
Dimitri Frenkel Frank - Robert Long / Robert Long
Soevorin: Gérant, vier dozijn oesters. En kapelmeester: vier tellen vooraf! Soevorin: Ik ben niet gek, ik ben niet dronken. Ik ben geen optimist en ook geen pessimist. Ik observeer en constateer, waaruit ik zelf dan weer eenvoudig concludeer: ik ben een realist. Zie je die obers daar? Dan zie je zonneklaar de wereld in het klein. Zo zit het leven in elkaar. Hij blaft tegen z'n hulpje maar hij buigt naar de gérant. Dat is z'n baas, die man. Hij buigt omdat hij anders geen promotie maken kan. Het leven is een jungle en de mens is een wild beest, zo zeker als er altijd verse oesters zijn geweest. allen: Verse oesters! Soevorin: Wie mooi is, heeft een duidelijke voorsprong al heeft hij daar nooit moeite voorgedaan. Maar wee degeen die lelijk is van oorsprong die staat altijd achteraan. De slimme wordt geëerd, de domme wordt geweerd. En daarvan heb ik veel geleerd toen die gedachte doordrong. Geloof me maar, mijn vriend. Het leven is partijdig en het lot is dikwijls wreed. Maar dat vergeet je even als je verse oesters eet. allen: Verse oesters! Soevorin, twee obers en koor: Nou, het leven is een simpele vertoning door rang en stand voornamelijk bepaald. De ober buigt. De klant is immers koning. Als hij maar de rekening betaalt. Hoe ruimer in het geld, hoe meer er wordt besteld. Hoe harder men komt aangesneld, hoe hoger de beloning. Soevorin en koor: Madame, ik gebruik jou, en jij, jij gebruikt haar en zij, zij gebruikt jou en mij tenslotte allebei. Ik gebruik jou, en jij, jij gebruikt haar en zij, zij gebruikt jou en mij tenslotte allebei. Ik word door jou gebruikt Jij wordt door mij gebruikt Zij gebruikt ons, we worden allemaal gebruikt. Gebruiken, gebruiken, gebruiken, gebruiken... Het restaurant Hermitage in Moskou. Soeverin probeert de teneergeslagen Tsjechov op te monteren met "Wein, Weib und Gesang". Het vrolijke gedoe wordt ruw verstoord door de onverwachte confrontatie met de verloederde Lika. |