Sonnet voor A.
Lennaert Nijgh / Boudewijn de Groot
Ach als ik soms de zee zie en het strand der duinen blonde koppen in de wind als ik mijn leven weer eens doelloos vind en niets meer wil dan dwalen door het land Ach als ik soms een vogel hoor en 't ruisen aan de waterkant van een rivier zich slingerend als een zilver lint als ik weer zo zou willen zijn als 't kind dat spelend waterdruppels opjaagt met zijn hand Dan is 't alsof ik jou zie lopen door het landschap bloemen in je haar jij die mij slechts vergeefs laat hopen Ach waren we maar eenmaal bij elkaar 't moment zou ik met alles willen kopen met bloemen tranen vogels - zeg het maar |