Nergens heen
Lennaert Nijgh / Boudewijn de Groot Alle lanen in de buurt van toen gingen netjes ergens heen rijen voor-de-oorloghuizen strakke donkerrode steen naar de school op de hoek naar de brug en nog vlug het plantsoen langs naar de winkels alle lanen in de buurt van toen allemaal behalve één: onze laan was eindeloos onze laan ging nergens heen Aan het einde hield de wereld op geen huizen meer maar wolken tot waar de verre hemel in de horizon verdween onze laan was eindeloos onze laan ging nergens heen En 's zomers was er voetbal en nog licht tot 's avonds laat geur van nevel uit het weiland gras en roestig prikkeldraad en 's zomers dan haalde een man op een fiets drie kwartjes voor de ijsbaan want 's winters blies de polderwind zo ijzig en gemeen zodat ik zeker wist: onze laan ging nergens heen Aan het einde hield de wereld op geen huizen meer maar wolken tot waar de verre hemel in de horizon verdween onze laan was eindeloos onze laan ging nergens heen En zo'n veertig jaren later is het toch nog goed gekomen: onze laan gaat verder en de buurt is afgebouwd Aan het einde hield de wereld op geen huizen meer maar wolken tot waar de verre hemel in de horizon verdween onze laan was eindeloos onze laan ging nergens heen onze laan was eindeloos deze straat gaat nergens heen |