Berlijn
Lennaert Nijgh / Boudewijn de Groot Berlijn daar was ik nooit geweest je gaat niet zomaar even naar Berlijn en waarom zou ik daar ineens moeten zijn ik was nog nooit in Berlijn Berlijn ken ik van mijn vader die vaak vertelde van zijn tijd in Berlijn de stad van lang geleden vreemd dat ik zoveel vaders ken die allemaal eens in Berlijn het een en ander deden Berlijn dat waren mooie jaren toen draaide alles om Berlijn Berlijn waar ze dansten tango bij de thee foxtrot bij 't diner en later in het danscafé Berlijn waar je vrienden had unter den Linden zat Berlijn dat was de mooiste stad Berlijn daar was ik nooit geweest maar ik droom wel eens dat ik ergens ben in een straat die ik nergens van ken en toch weet ik dan waar ik ben Er hangt boven die stad altijd een eigenaardig waas van roet alsof er kort tevoren ergens brand was en hier en daar kleeft het verleden vast als bloed en wil de tijd niet voorbijgaan in straten die allang niet meer bestaan door iedere hoop verlaten en alle kogelgaten van de wereld zitten in Berlijn Midden in de stad staat het geraamte van een kerk tot monument gebombardeerd alsof dat nodig is in deze stad die eeuwig door de oorlog wordt verteerd Ach Berlijn dat waren mooie jaren toen draaide alles om Berlijn Berlijn waar ze dansten tango bij de thee foxtrot bij 't diner en later in het danscafé Berlijn waar je vrienden had unter den Linden zat Berlijn dat was de mooiste stad |